Als de dijken… (VK2/2018)
Allereerst is er een angstaanjagende waarschuwing van Arnan Oberski, adviseur Verkeer en OR bij de gemeente Amsterdam. Hij raakt misschien wel ons grootste taboe: zeggen dat de dijken kunnen breken. Wie durft dat?
Wat mij betreft draaien we dit radicaal om in: wie durft het niét te zeggen? Volgens KNMI-bronnen, zo stelt Oberski, kunnen de volumes zee-, rivier- en hemelwater elkaar versterken. Als dat zo is, zouden we dan niet beter ‘als het water komt…’ als uitgangspunt nemen voor nieuwe en nog te vervangen infrastructuur?
Zie de verhoogde busbaan op de Katerdijk in Zwolle die een kolkende stadsgracht moet kunnen keren, maar misschien ook een nog begaanbare vluchtroute blijkt als er meer aan de hand is.
Maak ik me zorgen? Niet zozeer over het water. We hebben gelauwerde kundigheid in huis op het gebied van water, wonen en verkeer. Maar zijn we op tijd? Zijn we niet nu al, wat stiekem, bezig om het onafwendbare beroep op onze schatkist voor de vervanging van essentiële kunstwerken uit te stellen? Ten gunste van het o zo gewaardeerde faciliteren van nog meer automobiliteit?
O ja, MaaS. Hoe belangrijk zal MaaS blijken als de dijken breken? Het zou mij geruststellen als we maar direct ook alle private boten en bootjes via de MaaS-apps ontsluiten. Tegen de tijd dat we hebben geleerd om mobiliteit te delen, zou de MaaS-boot zo maar de meest (kosten)efficiënte (vlucht)modaliteit kunnen zijn.

Reactie plaatsen •