“Ik heb vervoerseconomie gestudeerd aan de Vrije Universiteit, kon daarna aan de slag bij TNO op het gebied van verkeer en vervoer, en in 2005 maakte ik de overstap van TNO naar Goudappel”, vertelt afzwaaiend Goudappel-directeur Wim Korver vlot over zijn loopbaan. Die rol vervulde hij twee termijnen van vier jaar. “Acht jaar is genoeg, voor mezelf en voor het bedrijf”, stelt Korver, “hoewel ik wel aan Goudappel verbonden blijf.”
'De kennis zit bij de mensen'

Foto: Goudappel
Korver zette al snel stappen binnen Goudappel. Na twee jaar werd hij teammanager, in 2015 stapte hij over naar een ander team. “We werkten toen nog met regionale teams, die allemaal op zichzelf dingen gingen optimaliseren. Dat was niet optimaal, dus hebben we de stap gezet naar één team ‘mobiliteit en ruimte’, dat heb ik samen met een andere collega opgezet. In 2017 vertrok toenmalig directeur Jaap Benschop, zodoende kwam er een plek vrij, en werd ik directeur van Goudappel Groep, samen met Jos van Kleef. Jos vertrok eind 2023. Vanaf eind 2023 bestond ons directieteam uit, mijzelf, Robert Glebbeek en Luc Wismans. In totaal ben ik twee termijnen van vier jaar directeur-bestuurder geweest.”
Korver wordt opgevolgd door Eline Devillers die per 1 juli 2025 benoemd is als directeur-bestuurder van Goudappel Groep. Eerder was zij partner en teammanager bij Ecorys (voorheen het Nederlands Economisch Instituut) en sinds begin 2023 teammanager bij Goudappel. Met de benoeming van Eline Devillers naast directeur-bestuurder Robert Glebbeek en directeur technologie & innovatie Luc Wismans, verzekert Goudappel zich opnieuw van een daadkrachtig en verbindend directieteam.
Goudappel hoeft het niet helemaal zonder Korver te stellen. “Ik ga wel minder werken, en dan in de rol van senior-adviseur bij het team Mobiliteit en Ruimte in Amsterdam, mijn woonplaats. Collega’s daar vragen me al voor diverse projecten. In de rest van de tijd heb ik overigens genoeg te doen. Zo ben ik lid van de Raad van Toezicht van Ecostroom, een collectief in zonnepanelen op platte daken. Ecostroom beheert zo’n 15 duizend zonnepanelen in Amsterdam, zoals bovenop de Gashouder Westergasfabriek, op scholen en bovenop bouwmarkten. Dat is wel een veel kleinere functie dan die bij Goudappel maar erg interessant, bij een coöperatie met een maatschappelijke doelstelling, een non-profit. Daarnaast is het leerzaam en leuk iets totaal buiten de context van mobiliteit te doen.” Korver zit niet stil, zo is hij ‘treasurer’ van de AET, de organisator van de European Transport Conference.
Snoepwinkel
“Goudappel is echt een uniek bedrijf. We zijn alleen maar bezig met mobiliteit, dus als je dat interessant vindt, dan is dat echt leuk werken. Daarnaast zijn we van een omvang die in in binnen- als buitenland in onze sector slechts zelden voorkomt. Dat maakt het bedrijf tot een soort snoepwinkel – er is altijd wel iemand die ergens iets vanaf weet. Dat kan dan heel specifiek zijn, van de verkeersveiligheid van landbouwvoertuigen tot fietsers, rotondes of bijvoorbeeld nieuwe metrolijnen. Er zijn ontzettend veel aspecten aan mobiliteit en toch is er altijd een collega die daar verstand van heeft. Van die expertise en omvang kun je dan bij Goudappel gebruikmaken, dat maakt het erg de moeite waard.”
Kennis zit bij mensen
De invloed van Goudappel is overal te zien. “Als bedrijf en als samenleving zetten we de laatste tijd meer in op compactere steden met veel aandacht voor actieve mobiliteit en de kwaliteit van de leefomgeving. Daar geven we als bedrijf op allerlei manieren invulling aan, soms heel concreet en soms in onderzoek wat weer doorsijpelt naar de praktijk, en dat ontstaan dan ook echt. Daar ben ik wel trots op. Goudappel stond tevens aan de basis van het stikstofmodel AERIUS dat nu natuurlijk volop gebruikt wordt ‘dankzij’ de stikstofproblematiek. Dat is geen nieuw product, de basis is vijftien jaar geleden al gelegd. Op het instrument zijn we erg trots, maar we mogen natuurlijk niet vergeten dat het een hulpmiddel is, en geen doel op zich. We zijn als Goudappel nog steeds betrokken bij AERIUS overigens.”
“In mijn zittingsperiode heb ik twee keer de strategie voor het bedrijf mogen invullen, en het is erg leuk en inspirerend om te zien dat uiteindelijk collega’s meegaan in die visie en structuren die je bedacht hebt gaan gebruiken in hun eigen werk. Het profiel van Goudappel is in die periode veranderd. Acht jaar geleden kende men ons wel al, maar we zijn nog veel bekender geworden, omdat we veel kennis in huis hebben en die natuurlijk graag etaleren. Ook de samenwerking met buitenlandse bedrijven heeft daar aan bijgedragen.”
“De kennis zit bij de mensen, en daar hebben we als bedrijf nu meer aandacht voor. Die aandacht was er natuurlijk al, maar de focus op de mensen is explicieter geworden. Een mooi voorbeeld: bij onze eigen interne presentaties staan de mensen vooraan, letterlijk. Als ik als directeur een drimaandelijks praatje houdt voor het bedrijf, begonnen we vroeger met de cijfers, de euro’s. Dat doen we niet meer aan het begin – we beginnen nu met hoe het met de mensen gaat, en het financiële deel komt dan ergens aan het einde. Het bedrijf is van de mensen, dat willen we ook uitdragen.”
Impact meten
“Een aantal dingen die we impliciet doen, maken we nu expliciet. We willen als Goudappel een bijdrage aan de maatschappij leveren, onze slogan is ‘samen impact maken’. Dat is een hele mooie slogan, daar willen we dan ook invulling aan geven. We hebben bijvoorbeeld de ‘impactmeter’ ontwikkeld, we meten zelf ook wat onze impact is, want een bedrijf moet wel zelf doen wat het uitdraagt. We meten onder meer onze eigen CO2-footprint en social return van onze projecten. Ten tweede bepalen we de potentie aan de hand van de Sustainable Develepment Goals (SDG’s). En tenslotte toetsen we voor een aantal projecten wat de feitelijke impact is van onze betrokkenheid. Wat wel en niet meetbaar is verschilt uiteraard wel per project. Van een nieuw fietspad veronderstel je bepaalde impact, maar bij een studie naar dynamisch verkeersmanagement is dat wellicht anders”, vertelt Korver. “We kunnen niet élk project meten, daarom kiezen we voor een representatieve steekproef van zo’n 50 projecten waar we de diepte in gaan. Dat is veel, maar lang niet alles – per jaar voeren we bij Goudappel zo’n 3.000 projecten uit. Ik zeg weleens dat er elk uur een nieuw project start.”
Personele groei
Het bedrijf is in de tijd dat Korver aan het roer stond in personeel gegroeid, van zo’n 200 naar ongeveer 300 medewerkers. “Dat is netto groei, natuurlijk gaan er ook mensen weg, maar waar we eerst met 200 mensen werkten, doen we dat nu met 300.” Dat is een beetje tegen de stroom in, in een tijd waarin veel bedrijven moeite hebben om goed personeel te werven. Hoe verklaart Korver dat succes? “We zijn een bekende naam in de markt, en we bieden veel plek aan studenten om bij ons af te studeren. Dat is een goed areaal om junioren te werven, die komen dan relatief makkelijk bij ons binnen. Het werven van junioren is ook niet het probleem, medioren en senioren zijn lastiger.”
Uitdagingen voor de toekomst
“Ik zie vooral uitdagingen op gebied van klimaat en energie”, stelt Korver. “Dat is, ook voor Goudappel, een enorme uitdaging. Je ziet overal dat de CO2-uitstoot afneemt, maar één sector blijft achter, en dat is verkeer en vervoer. De elektrificering helpt daar wel een handje, maar het is geen panacee dat alles vanzelf goedkomt. Technologie lost niet alles op, we moeten het ook zoeken in aanvullende elementen, zoals minder verkeer, bewustere modaliteitskeuze en dergelijke. Ik zie dat wel als een positieve ontwikkeling, want zo maken we de kwaliteit van onze leefomgeving beter.”
Toch moeten we ons niet blindstaren op alleen klimaat als probleem, aldus Korver. “De beleidsmatige aandacht voor verkeersveiligheid vind ik teleurstellend. Er gaan twee mensen per dag dood in het verkeer, vergeleken met andere sectoren is dat veel. We maken ons enorm druk om de wolf in Nederland, want dat wijkt af van de norm, maar het gevaar in het verkeer hebben we kennelijk geaccepteerd. En natuurlijk, ik zie heus wel dat het beter is dan vroeger, toen we nog 3.000 verkeersdoden per jaar telden, maar toch bevreemdt het me dat dit geen veel prominentere aandacht krijgt.”
Verbreden is makkelijker dan specialiseren
Korver heeft wel een advies aan studenten. “Vroeger kenden we een enorme trend dat iedereen van alles een beetje moest weten. Volgens mij kun je beter zorgen dat je van één onderwerp heel veel weet, en is het makkelijker om je dan vervolgens te verbreden. Andersom is veel lastiger, om vanuit een brede blik te specialiseren. Dat bijt een beetje met de wens om integrale afwegingen te maken, natuurlijk hebben we behoefte aan mensen die overzicht houden. Maar als het puur om de verkeerskundige gaat, kies dan voor specialisatie. Een aantal mensen heeft dan het talent om de integraliteit op te pakken.”