Herfstbladeren (VK 7/2011)

maandag 31 oktober 2011
timer 7 min
In Verkeerskunde 7/2011 wordt aandacht besteed aan een automobilist die betrokken raakt bij een eenzijdig verkeersongeval. De auto raakt door gladheid, veroorzaakt door herfstbladeren van de weg en komt via een boom in het water terecht. Voldeed de weg aan de daaraan te stellen eisen?

Is de gemeente aansprakelijk?

De feiten 

De automobilist is op 24 oktober 2004 als bestuurder van een personenauto betrokken geweest bij een eenzijdig verkeersongeval. De toedracht was, zo staat in de verklaring van de automobilist, als volgt. Het ongeval vond plaats op een weg buiten de bebouwde kom, waar een maximum snelheid was toegestaan van 60 km/u. Op het tijdstip van het ongeval, omstreeks 20.20 uur, regende het, Tijdens de rit merkte de automobilist dat op sommige weggedeelten, met name de bochten, door bladval het wegdek niet aan de gestelde eisen voldeed. De gemeente is aansprakelijk voor de eisen die aan het wegdek kunnen worden gesteld. Naar eigen zeggen was de maximale snelheid van 60 km/u op dat moment absoluut niet van toepassing. Zodoende reed hij circa 40 km/u op de rechter weggedeelten. Toen hij een bocht ‘inging’ voelde hij dat zijn auto geen grip had met het wegdek; door de bladval in de bocht was de auto niet meer te corrigeren. Hij raakte een boom en kwam vervolgens terecht in het water.

Het geschil 

De automobilist stelt dat de gemeente aansprakelijk is voor de door hem geleden schade. Hij baseert dit primair op artikel 6:174 BW: de weg voldeed niet aan de daaraan te stellen eisen, omdat deze sterk vervuild was door natte bladeren. Subsidiair stelt de automobilist dat de gemeente onrechtmatig heeft gehandeld. De gemeente heeft nagelaten adequate maatregelen te treffen, zodat de weg veilig kon worden gebruikt, terwijl er aldaar vaker auto’s te water raken. Voorts heeft de gemeente nagelaten op adequate wijze te waarschuwen voor het specifieke gevaar. Er ontbrak een bord waarmee werd gewaarschuwd voor het specifieke slipgevaar. Daarbij had van de gemeente mogen worden verwacht meer waarschuwingen te plaatsen langs de weg, zoals een waarschuwing voor het naderen van een gevaarlijke bocht, plaatsing van rood-witte waarschuwingshekken of een verlaging van de  maximumsnelheid.

De gemeente betwist dat de aanwezigheid van bladeren is aan te merken als een gebrek aan de weg als bedoeld in artikel 6:174 BW. Hiervan kan volgens de gemeente slechts sprake zijn als de weg zelf gebrekkig is, maar niet als die gebrekkigheid bestaat uit de aanwezigheid van bladeren op het wegdek. Voorts betwist de gemeente onrechtmatig gehandeld te hebben. De weg was niet zodanig vervuild met bladeren dat extra maatregelen nodig waren. In de herfstmaanden vallen bovendien de hele dag bladeren, zodat het incidenteel vegen van de weg niet voorkomt dat er bladeren op de weg liggen. Ook betwist de gemeente dat ter plaatse vaker auto’s te water raken. De gemeente stelt dat er op de weg wel degelijk waarschuwingsborden voor gladheid geplaatst, waarvan de automobilist er tenminste één heeft gepasseerd. Het had niet uitgemaakt of er meer waarschuwingen hadden gestaan, omdat, zo blijkt uit zijn eigen verklaring, de automobiliste zich het gevaar voor gladheid heeft gerealiseerd. Hij werd dan ook door het ontbreken van waarschuwingen niet verrast door de gladheid, aldus de gemeente.

De rechtbank
Naar het oordeel van de rechtbank brengt een redelijke uitleg van artikel 6:174 lid 2 BW met zich mee dat op het overheidslichaam dat tot taak heeft ervoor te zorgen dat de weg in goede staat verkeert slechts de verplichting rust om tot schadevergoeding van geleden schade over te gaan, indien de schade is veroorzaakt door een gebrek aan de weg als zodanig. Dit artikel

vindt derhalve slechts toepassing, indien er sprake is van een gebrek aan het wegdek, -lichaam of de weguitrusting en niet indien de gebrekkigheid bestaat in de aanwezigheid op het wegdek van bladeren. Niet gesteld noch gebleken is dat de weg zelf gebrekkig was. Artikel 6:174 BW biedt dan ook geen grond voor aansprakelijkheid van de gemeente.


De gladheid op de weg werd veroorzaakt door regen en gevallen bladeren. De vraag is nu of de gemeente als wegbeheerder op grond van artikel 6:162 BW aansprakelijk is voor de schade die is ontstaan als gevolg van de gladheid, omdat de gemeente heeft nagelaten de weg te vegen.

Als wegbeheerder is de gemeente verplicht ervoor te zorgen dat de toestand van de weg de veiligheid van personen en zaken niet in gevaar brengt. Deze zorgplicht omvat ook het bestrijden van gladheid, maar de rechtbank oordeelt dat die zorgplicht niet zo ver gaat, dat zij het onmogelijk dient te maken dat een weg glad wordt of dat zij alle wegen in haar beheer zo intensief dient te inspecteren dat zij een dergelijke situatie altijd onmiddellijk na het ontstaan daarvan te weten komt en de gladheid direct kan verhelpen.

De rechtbank concludeert dat het feit dat de gemeente rond 24 oktober niet had geveegd op de bewuste weg en – meer in het algemeen dat de gemeente niet heeft voorkomen dat er bladeren op het wegdek liggen – geen schending van zijn zorgplicht oplevert. De gemeente is derhalve niet aansprakelijk jegens de automobilist. Dit zou anders kunnen zijn als het de gemeente bekend was of bekend had moeten zijn dat er sprake was van gladheid op de bewuste plaats. De gemeente heeft echter onbetwist gesteld dat er geen meldingen waren binnengekomen, waaruit volgde dat er sprake zou zijn van een gevaarlijke situatie, terwijl  hiervan ook niet tijdens (onregelmatige) inspecties is gebleken. Voorts is de stelling van de automobilist dat op de bewuste plaats vaker auto’s te water raken door de gemeente gemotiveerd betwist. Uit informatie van de brandweer blijkt dat in de afgelopen tien jaar drie auto’s te water zijn geraakt. De rechtbank concludeert dat de gemeente ten tijde van het ongeval niet op de hoogte was van de gladheid.

De volgende vraag is of de gemeente tekort is geschoten in haar zorgplicht, omdat geen waarschuwingsbord voor gladheid (bord J20) was geplaatst aan het begin van de weg.
Het plaatsen van een waarschuwingsbord voor gladheid heeft als doel om de weggebruiker te attenderen op gevaar waarop hij zonder waarschuwing niet of onvoldoende bedacht is. De automobilist hoefde niet geattendeerd te worden op het gevaar van gladheid. Uit zijn verklaring blijkt dat hij vóór het ongeval plaatsvond reeds bedacht was op de gladheid als gevolg van de gevallen bladeren. Bovendien stelt hij dat hij daarom zijn snelheid heeft aangepast. Nu vaststaat dat de automobilist zich van de gladheid van de weg bewust was, kan naar het oordeel van de rechtbank in het midden worden gelaten of er ten tijde van het ongeval aan het begin van de weg nu wel of niet een waarschuwingsbord voor gladheid was geplaatst.

De laatste vraag is of de gemeente op de plek van het ongeval meer in het algemeen maatregelen had moeten treffen, zoals het waarschuwen voor een gevaarlijke bocht, het verlagen van de maximumsnelheid of het plaatsen van waarschuwingshekken. De rechtbank meent dat de automobilist deze stelling onvoldoende heeft onderbouwd. Evenmin heeft hij gesteld dat hij werd verrast door de bocht noch heeft hij gesteld dat de bewuste bocht ook gevaarlijk is als de weg niet glad is. De rechtbank verwerpt daarom deze stelling van de automobilist.

De rechtbank concludeert dat de gemeente heeft voldaan aan zijn zorgplicht als wegbeheerder en derhalve niet onrechtmatig heeft gehandeld jegens de automobilist. Zijn vorderingen worden afgewezen. Dit betekent dat de automobilist zelf zijn schade moet dragen.  

Rechtbank Utrecht 1 november 2006, LJN: AZ1716

verkeerskunde artikel
mail_outline

Aanmelden voor de nieuwsbrief

Reactie plaatsen

Beperkte HTML

  • Toegelaten HTML-tags: <a href hreflang> <em> <strong> <cite> <blockquote cite> <code> <ul type> <ol start type> <li> <dl> <dt> <dd> <h2 id> <h3 id> <h4 id> <h5 id> <h6 id>
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.
  • Lazy-loading is enabled for both <img> and <iframe> tags. If you want certain elements skip lazy-loading, add no-b-lazy class name.